Faillissement en transitievergoeding. Wat nu?

Krijg je als werknemer te maken met een faillissement van je werkgever? Hoe gaat het dan? En wat betekent het voor jouw opgebouwde transitievergoeding?

Wanneer gaat een bedrijf failliet?

Als er schulden zijn in de onderneming en de onderneming houdt op te betalen. De schuldeisers kunnen samen het faillissement aanvragen. De werkgever kan ook zelf het faillissement aanvragen. De rechter spreekt het faillissement uit.

Opzegging arbeidsovereenkomst door curator

De rechtbank benoemt een curator bij het uitspreken van het  faillissement.

De curator zegt de arbeidsovereenkomst op van de werknemers. Dat is gebruikelijk bij  een faillissement. De curator doet dat op grond van artikel 40 Faillissementswet bij een faillissement of op grond van artikel 239 Faillissementswet bij een surséance van betaling.

Surséance van betaling

Bij surséance van betaling is een bedrijf tijdelijk niet in staat zijn schulden te betalen. Het bedrijf kan de rechtbank dan vragen om uitstel (surséance) van betaling. De rechtbank stelt een bewindvoerder aan. Surséance is bedoeld om een faillissement te voorkomen.

Opzegging arbeidsovereenkomst bij faillissement

De curator kan bij een faillissement de arbeidsovereenkomst van de mensen die in het bedrijf werken opzeggen. Er is geen toestemming nodig van het UWV. Er geldt een maximale opzegtermijn van 6 weken. De curator hoeft niet het einde van de kalendermaand aan te houden bij de opzegging als daardoor de maximale opzegtermijn van 6 weken wordt overschreden.

Loongarantieregeling UWV

In Nederland is een vangnet voor het loon van de werknemers bij faillissement. Dat heet de “loongarantieregeling”. Het UWV kan dan maximaal 6 weken het loon van de werknemers betalen. Ook kan het UWV het niet betaalde loon tot 13 weken vóór de faillissementsdatum en niet opgenomen vakantiedagen en vakantiegeld die in max. 1 jaar zijn opgebouwd uitbetalen. Zie hier wat het UWV dan kan betalen. De werknemers krijgen hun eindafrekening normaal gesproken dan ook van het UWV en niet van de curator. Het loon dat het UWV betaalt, wordt als vordering ingediend bij de curator.

Let op verplichtingen voor werknemer Hoofdstuk IV WW

De Werkloosheidswet legt verplichtingen op aan de werknemer voor het overnemen van de verplichtingen uit de dienstbetrekking wegens de betalingsonmacht van de werkgever. Die verplichtingen zijn opgenomen in artikel 61 t/m 63 WW, zie hier de tekst. Zo staat bijvoorbeeld in artikel 63 WW dat de werknemer voor het recht op uitkering aangifte dient te doen van een niet tijdige betaling van de werkgever binnen een week waarop normaal gesproken het loon ontvangen zou moeten zijn.

Hoogte transitievergoeding

Met ingang van 1 januari 2020 wordt de transitievergoeding op een andere manier berekend.  Vanaf 1 januari 2020 is de transitievergoeding 1/3 maandsalaris per gewerkt jaar. Lees hier meer over de berekening van de transitievergoeding.

Verder is nog van belang te noemen dat de werkgever onder de WAB de mogelijkheid heeft te vragen om een betaling van de transitievergoeding in termijnen. Dat kan wegens onaanvaardbare gevolgen voor de bedrijfsvoering. De wet geeft aan dat de transitievergoeding dan met een percentage kan worden verhoogd (artikel 7:673c lid 2 BW).

faillissement en transitievergoeding

Bij een faillissement of bij een surséance van betaling hebben de werknemers op grond van de wet geen recht meer op de wettelijke transitievergoeding. Het recht op de transitievergoeding vervalt dan. Dit staat in de wet in artikel 7:673c BW.

Wat als er als al een regeling/overeenkomst was?

Soms kan een eerdere tussen werkgever en werknemer overeengekomen beëindigingsvergoeding wél betaalt worden onder voorwaarden. Het gaat dan om werknemers die bijvoorbeeld in het geval van een eerdere reorganisatie akkoord zijn gegaan met een beëindigings- of vaststellingsovereenkomst en die nog niet de vergoeding hebben ontvangen. Een eerder gesloten vaststellingsovereenkomst of beëindigings-overeenkomst valt niet onder de reikwijdte van artikel 7:673c BW. Als een vergoeding eerder is afgesproken in een regeling, dan blijft de betalingsverplichting bestaan, ook bij faillissement of surseance van betaling.

Het is wel de vraag óf de vergoeding dan nog betaald wordt. Een ontslagvergoeding -voor zover daar een eerder recht op zou zijn – is een vordering met voorrang, maar andere schulden (denk aan de Belastingdienst) zijn eerder aan de beurt. Het kan dus zijn dat de eerdere overeengekomen vergoeding dan toch niet betaald wordt bij gebrek aan baten. Helaas valt een dergelijke vordering niet onder de loongarantieregeling van het UWV.

Misbruik van faillissementsrecht

Soms wordt een faillissement bewust ingezet als het nodig is een groot deel van het personeel te ontslaan. Als er sprake is van grote financiële moeilijkheden in de onderneming, dan kan een surséance van betaling of een faillissement een mogelijkheid zijn om geen transitievergoeding aan het personeel te hoeven betalen. Misbruik van faillissementsrecht is niet toegestaan. Hier kan je een uitspraak lezen waarbij de rechtbank oordeelde dat er sprake was van misbruik van faillissementsrecht en de eigen aanvraag voor faillietverklaring werd afgewezen.

Conclusie

De conclusie is dan ook dat de werknemer geen recht heeft op een transitievergoeding als de werkgever in staat van faillissement is verklaard of als de werkgever surséance van betaling is verleend. De kans op betaling van een eerder afgesproken regeling waarbij een vergoeding werd afgesproken lijkt ook klein in een dergelijke situatie.